TERUGBLIK
STILLE REVOLUTIE
In het afgelopen decennium heeft zich in Nederland een stille revolutie voltrokken in het denken over ouderen. Een revolutie die zijn weerslag heeft op de praktijk van alledag in de ouderenzorg. Stichting RCOAK heeft, in nauwe samenwerking met Fonds Sluyterman van Loo, mede vormgegeven aan deze stille revolutie. Aan de vooravond van de introductie van ons nieuwe thematische donatieprogramma een terugblik op deze belangwekkende ontwikkeling. Deze terugblik laat ook de ontwikkeling zien die ons eigen fonds heeft doorgemaakt en de organische groei naar de start van ons nieuwe themaprogramma ‘Thuis in deze tijd’, dat voortgekomen is uit onze themaprogramma’s van de afgelopen jaren en het denken en praten over de beeldvorming rond ouderdom/ouderen in 2016 en 2017.
RUST EN ONTSPANNING
Aan het begin van deze eeuw was de drempel om in een zorginstelling opgenomen te worden lager dan nu. Zorgafhankelijke, kwetsbare ouderen woonden veelal niet thuis – zoals nu vaak wel het geval is – maar in een zorginstelling. Die zorginstellingen kenden een, achteraf bezien, uitgebreid activiteitenaanbod dat sterk aanbod gestuurd was. Bloemschikken, bingo, kerstkaarten maken, liedjes uit de oude doos. Ouderen werd na een druk en arbeidzaam leven rust gegund, onderbroken door ontspannen tijdverdrijvende activiteiten. Dat was het idee.
Innovaties vonden in deze jaren vooral plaats in de palliatieve zorg, niet zozeer in de ouderenzorg. In het eerste decennium van deze eeuw was sprake van een sterke groei van het aantal hospices in Nederland. Daarnaast werd, met forse financiering van Stichting RCOAK, de psychosociale oncologie ontwikkeld door professionele centra zoals het Ingeborg Douwescentrum en de door vrijwilligers gedreven inloophuizen. Beide vormen van (levenseinde)zorg zijn niet meer weg te denken uit het zorglandschap en hebben de kwaliteit van leven en sterven van vele Nederlanders sterk verbeterd. Stichting RCOAK heeft samen met Stichting Porticus in die jaren een voortrekkersrol in deze ontwikkelingen gespeeld.
AANSLUITEN BIJ OUDE LEVENSSTIJL
Terug naar de ouderenzorg. Eén van de eerste pioniers op weg naar een ander beeld over ouderen/ouderdom was Nico de Gier, de oprichter van Stichting Muziek in Huis. Hij introduceerde concerten, verzorgd door professionele muziekensembles op hoog niveau, in zorgcentra. Dat was heel vernieuwend en is nu nog steeds heel succesvol.
Nico de Gier introduceerde met zijn concerten een nieuwe manier van denken: het activiteitenaanbod in zorginstellingen moest meer aansluiten bij de oude levensstijl van bewoners. Niet meer aanbodgericht maar vraaggestuurd. Ouderen die gewend waren regelmatig naar een concert te gaan maar daartoe niet meer in staat waren, konden en kunnen in hun zorgomgeving genieten van professioneel uitgevoerde kamermuziek. Met als bonus dat ouderen, die helemaal niet gewend waren naar concerten te gaan, voor het eerst van hun leven in aanraking kwamen met klassieke muziek. Het is nu, ruim 15 jaar later, moeilijk voorstelbaar hoe vernieuwend dat was.
Dat ‘aansluiten bij de oude levensstijl’ werd rond 2004/2005 heel dominant in het denken over ouderenzorg en leidde tot een ingrijpend andere organisatie van de zorg voor mensen met dementie: de introductie van het kleinschalig wonenconcept voor mensen met dementie. De grote afdelingen in verpleeghuizen werden omgevormd tot kleine huiskamers met zes tot maximaal acht bewoners met dementie, die hun eigen huishouding voerden, zelf de was vouwden, samen aardappels schilden, kookten etc. Net als vroeger thuis. Het stimuleren van kleinschalig wonen voor mensen met dementie was het eerste thematische donatieprogramma van Stichting RCOAK.
Kleinschalig wonen is nog steeds een wijdverbreid concept maar door de toenemende zorgzwaarte van de bewoners, die in een steeds later stadium van het dementieproces in het verpleeghuis worden opgenomen, is het gezamenlijk voeren van een huishouding in de praktijk steeds moeilijker gebleken.
GOUDEN DAGEN EN VITALITEIT ONTMOET KWETSBAARHEID
Stichting RCOAK en Fonds Sluyterman van Loo zagen het belang van de omslag van een aanbodgericht naar vraaggestuurd activiteitenaanbod voor ouderen en hebben dat sterk gestimuleerd in twee gezamenlijke themaprogramma’s in de periode 2009/2014
- het Gouden Dagenprogramma waarin ouderen zelf hun wensen kunnen aangeven en niet meer afhankelijk zijn van alleen het reguliere aanbod in een zorgcentrum. Denk aan een harinkje eten op het strand, een bezoek aan een warenhuis of dierentuin. Dit concept leunt sterk op de gedachte van ‘aansluiting op de oude levensstijl’. Gouden Dagen bestaat nog steeds, is succesvol en de activiteiten zijn al een aantal jaren ondergebracht in een aparte stichting. Financiering komt o.a. van de Vriendenloterij.
- Vitaliteit ontmoet Kwetsbaarheid. In dat programma werden vitale ouderen gestimuleerd iets te betekenen voor kwetsbare ouderen. Het grote leerpunt van dat programma was dat kwetsbaar en vitaal relatieve begrippen zijn. Beide groepen wilden, konden en hebben iets betekend voor elkaar in dit programma. Hulp en steun was wederkerig. Het was bijzonder om in 2017 te constateren dat circa 10% van de 400 burgerinitiatieven in Nederland voortkomt uit ons Vitaliteit ontmoet Kwetsbaarheidprogramma met een hoofdrol voor ouderen, nog steeds! Een aantal van deze burgerinitiatieven participeert in ons nieuwste programma ‘Thuis in deze tijd’.
EEN NIEUW GELUID: TALENTONTWIKKELING
Naast deze twee themaprogramma’s financierden wij in de loop der jaren vanuit ons algemene donatieprogramma steeds meer initiatieven op het gebied van kunst- en cultuurparticipatie van ouderen. Geïnspireerd door Muziek in Huis maar met nadruk op de intrinsieke waarde van vooral actieve kunstbeoefening. Deze initiatieven hadden niet tot doel ‘aan te sluiten bij oude levensstijl’. Dat leidde tot vragen bij het College van Regenten van RCOAK en ook bij de directie: voegen deze projecten nu echt iets toe, is het niet teveel ‘nice to have’, zijn er geen urgentere noden? Dat was de reden dat wij, samen met Fonds Sluyterman van Loo, het initiatief hebben genomen voor een onderzoek naar de waarde van kunstbeoefening en –beleving voor ouderen, zowel actief als receptief. De uitkomsten van dat onderzoek, uitgevoerd onder leiding van prof. Roelof Hortulanus, zijn cruciaal gebleken voor de ontwikkeling van het uiterst succesvolle programma Lang Leve Kunst waarover in eerdere jaarverslagen al veel is geschreven. Uit het onderzoek bleek voor het eerst dat ouderen zich willen ontplooien, hun talenten willen ontwikkelen, serieus genomen willen worden, iets voor een ander/de maatschappij willen betekenen. Geen ‘rustige oude dag’, geen tijdverdrijvende maar juist betekenisvolle activiteiten, ontplooiing. Ouderen verschillen daarin niet van jongere generaties. Dat was en is een heel nieuw geluid.
De projecten in Lang Leve Kunst blijken niet uit te gaan van aansluiting bij de ‘oude levensstijl’. Zij bieden juist nieuwe ervaringen voor ouderen en precies daarin zit de meerwaarde.
Landelijk hebben meer dan een half miljoen ouderen meegedaan aan circa 1000 kunstprojecten. Ongeveer 60% van deze ouderen heeft nog nooit eerder zelf actief een kunst beoefend, afgezien van tekenen en zingen in hun vroegste jeugd op school. Een overtuigend bewijs van cultuuremancipatie onder ouderen. Het emancipatoir effect hiervan gaat echter verder dan alleen kunst en cultuur.
LANG LEVE KUNST EN SCP EN ZONMW
Lang Leve Kunst heeft vanaf 2014/2015 de agenda voor de ouderenzorg en het denken over zingeving voor ouderen definitief veranderd. Een stille revolutie. Dat wordt gezien door het Sociaal Cultureel Planbureau, dat cultuurparticipatie van ouderen vanaf 2016 meeneemt in hun ouderenmonitor. En het wordt bevestigd door ZonMw, de financier van gezondheidsonderzoek, in hun studie: Kunst en zorg, een kennissynthese van culturele interventies, langdurige zorg en positieve gezondheid. Over de rol van de door ons geselecteerde ‘kwartiermakers’ binnen dit programma heeft ZonMw een magazine laten maken.
Resumerend: Onze themaprogramma’s Vitaliteit ontmoet Kwetsbaarheid, Lang Leve Kunst en onze zoektocht in 2016 en 2017 naar de factoren die beeldvorming rond ouderen bepalen, hebben laten zien dat het erom gaat dat ouderen zich gezien weten, zich kunnen ontplooien, nieuwe ervaringen kunnen opdoen, zich in verbinding voelen met andere generaties, en iets kunnen betekenen voor hun omgeving; alles in het kader van zingeving aan hun bestaan.
Dat is een groot verschil met de wijze van denken aan het begin van deze eeuw waarin ouderen -met de beste bedoelingen- vooral rust gegund werd, onderbroken door ontspannende tijdverdrijvende bezigheden, meestentijds aanbod bepaald.
We zijn er trots op dat ons fonds dit (cultuur)emancipatieproces onder ouderen mede heeft vormgegeven. Maar het is complex. Ouderen zitten zichzelf soms in de weg, jongere generaties zien ouderen als niet competent en komen weinig in contact met ouderen, afgezien van de vaak innige contacten met hun eigen grootouders. Er is weinig verbinding tussen generaties.
De komende jaren zal de focus liggen op het langdurig en op kwalitatief hoog niveau in contact brengen van de diverse generaties met elkaar met als doel dat ook ouderen zich gekend weten en zich thuis voelen in deze tijd en in hun buurt. Dat is de essentie van ons nieuwe themaprogramma ‘Thuis in deze tijd’ dat vanzelfsprekend met Fonds Sluyterman van Loo wordt opgepakt.